transitievergoeding 2020

Transitievergoeding 2020

Vanaf 1 januari 2020 zijn de regels voor een transitievergoeding bij ontslag anders. Direct vanaf de eerste dag van jouw werk heb je bij beëindiging recht op een transitievergoeding. De transitievergoeding is 1/3de maandsalaris per gewerkt jaar bij de werkgever.

Wanneer recht op een transitievergoeding?

Wordt jouw contract beëindigd door opzegging of ontbinding door de rechter dan heb je recht op een transitievergoeding. Ook bij het niet verlengen van jouw tijdelijk contract heb je recht op een vergoeding. Nieuw in 2020 is dat er vanaf de eerste werkdag al recht is op een transitievergoeding. Daarvoor moest voor het recht op een vergoeding de baan minimaal twee jaar hebben geduurd.

Er zijn een aantal situaties waarin jouw werkgever geen transitievergoeding hoeft te betalen. Hieronder sommen we deze redenen op.

  1. Bij het beëindigen van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden. Dan wordt er vaak een vaststelling- of beëindigingsovereenkomst gesloten waarin de voorwaarden van de beëindiging schriftelijk worden vastgelegd.
  2. Als jij ernstig verwijtbaar gehandeld hebt of ernstig nalatig bent geweest. Meestal gaat het dan om ontslag op staande voet. Aan dit ontslag moet een dringende reden ten grondslag liggen. Hierdoor mag het van jouw werkgever niet worden gevergd jouw arbeidsovereenkomst voort te zetten. Dit is geregeld in artikel 7:678 van het Burgelijk Wetboek (BW).
  3. Als je nog geen 18 jaar bent en gemiddeld niet meer dan 12 uur per week werkt.
  4. Als je ontslagen bent omdat je de AOW-leeftijd of een andere pensioenleeftijd hebt bereikt.
  5. Als het bedrijf waarvoor je werkt failliet is, als de rechter het bedrijf surseance van betaling (uitstel van betaling) heeft verleend of als jouw werkgever in de schuldsanering is gekomen.
  6. Bij ontslag om bedrijfseconomische redenen kan in de collectieve arbeidsovereenkomst (cao) een andere voorziening in plaats van de transitievergoeding worden afgesproken. Is dit het geval dan is de regeling uit de cao van toepassing.
  7. Als je voor het eindigen van het vorige tijdelijke contract een nieuw contract bent aangegaan met de werkgever. Ook als de werkgever een nieuw contract heeft aangeboden en je hebt dit niet geaccepteerd dan is er geen recht op een transitievergoeding.

Hoe hoog is de transitievergoeding?

De hoogte van de transitievergoeding hangt af van jouw maandsalaris en hoe lang je in dienst bent. De vergoeding is vanaf 2020 1/3de maandsalaris per gewerkt jaar vanaf de eerste werkdag.

Het is vaak natuurlijk niet zo dat jouw baan precies een heel aantal jaren heeft geduurd. Voor de berekening van de transitievergoeding over de rest van de duur van de arbeidsovereenkomst is er een formule. Deze moet ook worden toegepast bij een baan korter dan een jaar.

De formule is:

(Bruto salaris over de hele periode / bruto maandsalaris) x (1/3de bruto maandsalaris / 12)

We geven een voorbeeld om de berekening van de transitievergoeding duidelijk te maken. Stel je hebt 2 jaar en 4 maanden gewerkt en jouw bruto maandsalaris is € 3.000. 1/3de van jouw maandsalaris is € 1.000. De berekening van de transitievergoeding is dan:

  • Voor de hele jaren: 2 jaar x € 1.000 = € 2.000
  • Voor het gebroken jaar: (4 maanden x € 3.000 = € 12.000 / € 3.000) x (€ 1.000 / 12) = € 333,33
  • De totale transitievergoeding wordt: € 2.000 + € 333,33 = € 2.333,33

Bij de berekening kan je het salaris ophogen met eventueel ander loon en de vakantietoeslag. De vakantietoeslag is meestal 8 procent. Verder kan ook 1/12e deel van een eindejaarsuitkering worden meegenomen. Ook een ploegentoeslag, winstuitkering en bonussen kunnen bij het salaris worden opgeteld.

De rijksoverheid heeft een rekenhulp gemaakt waarmee de transitievergoeding kan worden berekend. De tool kijkt of er recht is op een transitievergoeding en hoe hoog de vergoeding is.

Er is een maximum aan de hoogte van de transitievergoeding. Voor 2020 is het maximum € 81.000. Bij een jaarsalaris van meer dan € 81.000 is het zo dat de vergoeding maximaal een jaarsalaris kan zijn.

Belasting betalen over de transitievergoeding

De transitievergoeding is een bruto bedrag. Hier moet je nog belasting over betalen. Hierdoor ontvang je fors minder aan vergoeding netto op jouw bankrekening.

Werd de loonheffingskorting toegepast op jouw salaris dan wordt er in 2020 tot een jaarloon van € 20.712 37,35% loonheffing ingehouden. Tot een jaarloon van € 68.508 is de inhouding 43,02%. Daarboven draagt de werkgever 49,50% belasting af aan de Belastingdienst. Voor de kenners: de werkgever moet voor de loonheffing op de transitievergoeding de groene tabel voor bijzondere beloning toepassen.

Werkgever betaalt geen transitievergoeding

Misschien betaalt jouw werkgever de transitievergoeding niet of maar gedeeltelijk. Je kunt dan een aangetekende brief naar de werkgever sturen. Hierin leg je uit dat je recht hebt op de transitievergoeding. Geef de werkgever een termijn van maximaal 14 dagen om de vergoeding alsnog (volledig) te betalen.

Komt de werkgever niet over de brug met de vergoeding dan kan je naar de rechter stappen. Dit moet binnen drie maanden na het einde van jouw baan. Je kunt zelf een verzoekschrift indienen bij de kantonrechter. Het is dus niet verplicht om dit door een advocaat te laten doen.

Heb je hulp nodig bij het indienen van een verzoekschrift dan kan het Juridisch Loket je vaak helpen. Als je een rechtsbijstandsverzekering hebt of lid bent van een vakbond kan je bij hun terecht.

Is het voor jouw werkgever moeilijk om de transitievergoeding in één keer te betalen dan is er een mogelijkheid om het in termijnen te betalen. De werkgever mag de betaling dan spreiden over maximaal zes maanden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *